Wat doe je als je niet tot de groep behoort?

Wat zou jij als leider doen?
Wat zou jij doen als jou het volgende zou gebeuren?
Stel je het volgende voor: je zit in een teams vergadering met je team en aan het einde van de vergadering komt de sfeer in het team ter sprake. Ook wordt er door een aantal teamleden voorzichtig wat uitgesproken over directie, organisatie en leiderschap. Na een paar opmerkingen krijg jij de volgende vraag:
“zou jij vast de Teams vergadering willen verlaten zodat wij vrijuit kunnen praten?”
Daar sta je dan. Wat ga je doen en beter nog…wat zegt dit als je zo’n vraag krijgt?
Dit overkwam M en hij bracht dit tijdens onze sessie schoorvoetend ter sprake. Schoorvoetend, want hij schaamde zich er eigenlijk voor. En was ook boos. Hoe durfden ze hem dit te vragen? Hij, als manager van het team! Hoezo zou hij het overleg moeten verlaten zodat de rest over hem kon praten? Ja doei! Dat liet hij niet gebeuren.
M was stellig en heel resoluut. Hij vond het belachelijk dat zijn team dit aan hem vroeg en had ook niet de vergadering verlaten zoals verzocht. Voor mij een uitnodiging om juist hierover in gesprek te gaan met hem.
Want M bereikte niet wat hij wilde bereiken. De manier van leiding geven zoals hij geleerd had, werkt niet meer. Hoe kun je nu leiding geven op een manier die inspireert en motiveert? Die zorgt voor voldoende veiligheid en respect. Er is een nieuwe manier van leiderschap nodig die nog steeds de resultaten voor ogen houdt, maar dit doet vanuit betrokkenheid.
Ik liet M zien hoe zijn manier van reageren er niet voor zorgde dat zijn teamleden mét hem in gesprek wilden in plaats van óver hem. Ik leerde hem hoe hij kon zorgen voor een veilige werkomgeving waarbij er open en eerlijk met elkaar gesproken kan worden over wat er speelt in de groep. M ging inzien hoe hij tot op zekere hoogte onderdeel was van deze groep maar ook zeker zijn eigen groep had. M nam het verzoek op als een directe afwijzing en dat raakte hem ook persoonlijk.
Maar zijn team was ook een op zichzelf staande groep, eentje waar hij niet per definitie altijd deel van uitmaakte. Hij was de leider van de groep. En leiders hebben hun eigen groep. En dat is oké en heel natuurlijk.
Door hier op een andere manier naar te kijken en vaardigheden te leren hoe hij met zijn leiderschap kan zorgen voor veilige werkomgeving, is zijn relatie met zijn teamleden aan het verbeteren. In plaats van het verzoek om uit de vergadering te stappen, merkt M nu vaker dat zijn teamleden hem persoonlijk op zoeken om iets te bespreken.
“Mijn relatie met mijn teamleden is aan het verbeteren en dit heeft een positief effect op de prestaties. Niet alleen op hun prestaties maar ik merk ook bij mezelf verschil. Ik zit zelf beter in mijn vel en dit werkt door in mijn manier van leiding geven.”
M was enorm moedig om deze gebeurtenis ter sprake te brengen. In het begin zei ik al dat hij zich er namelijk ook wel voor schaamde. Als leider krijg je ook te maken met veel verschillende emoties, gebeurtenissen en voorvallen. Met het één ga je makkelijker om dan met het ander. M ging dit voor hem moeilijke aspect aan. Wil jij ook jouw moeilijke aspecten aangaan zodat teamprestaties helpt verbeteren?
Geef een reactie